Over het muurtje
Ook voor dit thema vroegen we twee wetenschappers uit verschillende disciplines om elkaars onderzoek te verkennen. Lauren Ottaviani (KU Leuven) en Ioanna Gavriilidi (UAntwerpen) gingen naar een onbewoond eiland en … namen elkaars onderzoek eens grondig onder de loep.
Wie is wie?
Doctoraatsstudente Ioanna Gavriilidi werkt aan het Departement Biologie van de UAntwerpen. Binnen de onderzoeksgroep Functionele morfologie bestudeert ze de evolutie van cognitie en persoonlijkheden bij hagedissen op eilanden. Zo wil ze achterhalen welke ecologische, sociale of intrinsieke factoren cognitie en persoonlijkheid vormen en op welke manier.
Met de steun van het FWO doet Lauren Ottaviani haar doctoraatsonderzoek aan de Faculteit Letteren van de KU Leuven. Ze focust daarbij op de huiselijke idealen en de vrouwenkiesrechtbeweging in het Engelse tijdschrift The Woman at Home en het Ierse tijdschrift Lady of the House.
Lauren Ottaviani: “Dag Ioanna! Het was heel fijn om over je werk te lezen. Ik sta zelf in de menswetenschappen, en ik vermoed dat er best wat verschillen zijn met de dagelijkse bezigheden van een onderzoeker uit de natuurwetenschappen. Hoe ziet een dag in jouw leven eruit?”
Ioanna Gavriilidi: “Dag Lauren, insgelijks! Mijn dagen zijn heel gevarieerd: ze worden gevuld met veel hagedissen vangen, experimenten ontwerpen en gedragsobservaties uitvoeren, zowel in het lab als in het veld. En wat je waarschijnlijk zelf ook wel kent: eindeloos gegevens analyseren, lezen en schrijven.”
Lauren: “Dat laatste klinkt inderdaad bekend (lacht). Hagedissen vangen is niet iets wat je in België kan doen, vermoed ik?”
Ioanna: “Klopt. Mijn onderzoek op het terrein begint met een bootreis naar piepkleine eilandjes in de Middellandse Zee, waar behalve hagedissen niet zoveel leven is. Daar ‘vissen’ we de hagedissen met een lusje aan het uiteinde van een vishengel, stijl Indiana Jones. Of we observeren de hagedissen vanop een afstand, door de verrekijker, om hun natuurlijk gedrag niet te verstoren.”
Lauren: “Je vermeldt gedragsobservaties. Hoe werkt dat precies bij hagedissen?”
Ioanna: “Het is een hele uitdaging om ‘in de huid’ van een hagedis te kruipen. Daarom proberen we hun cognitie meestal indirect in te schatten door te kijken of, hoe en hoe snel hagedissen kleine taken kunnen oplossen waarbij verschillende cognitieve processen geactiveerd moeten worden, zoals perceptie, aandacht, oriëntatie en geheugen. We observeren ook hoe ze er in de loop van de tijd beter in worden of net niet, om zo hun leervermogen te beoordelen.”
“Verder kijken we naar hun sociale vaardigheden, bijvoorbeeld of ze het gedrag van soortgenoten in de gaten houden en daarvan leren. Persoonlijkheid is iets gemakkelijker te bestuderen, omdat het gaat over hoe individuen herhaaldelijk van elkaar verschillen in de manier waarop ze reageren of zich gedragen in bepaalde situaties. We testen bijvoorbeeld of sommige individuen agressiever zijn dan andere tegen hun spiegelbeeld.”
Lauren: “Een van de leuke – of frustrerende – zaken aan onderzoek is dat het vaak meer vragen dan antwoorden geeft. Ben je tijdens jouw project al op nieuwe vragen gestoten?”
Ioanna: “Ik zou zelfs durven zeggen dat mijn onderzoek alleen maar tot meer vragen en nevenprojecten heeft geleid! De hamvraag blijft wat er precies in die kleine hersenen gebeurt, en hoe dat evolutief is ontstaan. Het is moeilijk om te begrijpen hoe dieren van een andere soort deze wereld ervaren, vooral als die soort taxonomisch zo ver van ons af staat. Je gaat al snel antropomorfisch denken of de cognitieve vermogens van dieren onderschatten."
“Jij onderzoekt populaties op onbewoonde eilanden”
“En jij kijkt naar vrouwentijdschriften op de Britse eilanden”
Ioanna: “Waarom die keuze voor een Engels en een Iers tijdschrift? En waarom net die periode?”
Lauren: “Qua periode heb ik gekeken naar kernjaren in Engeland. In 1897 werd het kiesrecht er een nationale beweging. In 1914 besloot de belangrijkste kiesrechtorganisatie in het Verenigd Koninkrijk, de Women’s Social and Political Union (WSPU), de beweging in de ijskast te zetten om de oorlogsinspanningen te steunen. Die twee jaren vormen dus de start- en de einddatum van mijn onderzoek.”
“De keuze voor Engeland en Ierland kwam voort uit de relatie tussen beide landen: begin 20ste eeuw was Ierland nog een kolonie van Groot-Brittannië, Engelse en Ierse suffragettes dienden dus hun petitie in bij dezelfde regering. Met de opkomst van het Iers nationalisme wierpen veel Ierse feministes al hun gewicht in de schaal achter de Ierse onafhankelijkheidsbeweging, in de hoop dat ze stemrecht zouden krijgen in het nieuwe land dat ze met hun steun zouden helpen creëren. Net daardoor zou de Ierse beweging nooit helemaal samenkomen op nationaal niveau op de manier waarop de Engelse beweging dat wel deed.”
Ioanna: “Een laatste vraag: hadden die tijdschriften ook vrouwelijke schrijvers of redactieleden?”
Lauren: “Absoluut. Eerder in de Victoriaanse periode werden vrouwenbladen geschreven door mannen voor vrouwen, vaak met een meer didactische en religieuze ondertoon. In de laatste decennia van de 19de eeuw kwamen tijdschriften van vrouwen voor vrouwen daarvoor in de plaats.”
“Nu, het bleven commerciële tijdschriften, dus het was niet bepaald een feministisch paradijs. Het was niet ongebruikelijk dat mannelijke schrijvers onder een vrouwelijke schuilnaam in vrouwenbladen publiceerden. En The Lady of the House had bijvoorbeeld een mannelijke redacteur die vermoedelijk de medewerkers koos, kopij organiseerde, en het laatste woord had over welke onderwerpen aan bod kwamen en welke niet. Het spijt me dat ik het moet zeggen, maar die situatie is nog altijd niet helemaal verdwenen.”
Ioanna: “Dat is inderdaad iets dat mij ook bezighoudt. In de biologie blijven we een grote kloof zien, zeker na PhD-niveau. Vrouwen zijn nog steeds ondervertegenwoordigd in hogere academische functies en hun onderzoek lijkt minder citaties aan te trekken, wat betekent dat het werk van vrouwelijke collega’s vaker ongezien en ondergewaardeerd blijft. Gelukkig zijn er ook projecten zoals Women in Herpetology, die streven naar een academische wereld waar onderzoekers van welk geslacht of met welke achtergrond dan ook zich comfortabel genoeg voelen om hun intellectuele en wetenschappelijke capaciteiten te ontplooien.”
“Nieuwe vragen zijn bijvoorbeeld: Wat zijn de socio-ecologische drijfveren van de evolutie van cognitie, als die er al zijn? Hoe zijn cognitieve vaardigheden aan elkaar gerelateerd? Worden ze beïnvloed door de persoonlijkheid van het individu en hoe? Kunnen hagedissen, met hun asociale reputatie, toch van andere individuen leren? Leer je beter door eigen ervaring, of kan je soms beter slimme soortgenoten imiteren? Door populaties op aparte eilanden te bestuderen, hoop ik ook die vragen te kunnen beantwoorden.”
“Dat viel me trouwens op toen ik jouw project opzocht: jij focust ook op eilanden, toch?”
Lauren: “Zo had ik het nog niet bekeken, maar inderdaad: ook ik kijk naar een evolutie op eilanden. (lacht). Bij mij gaat het dan specifiek over de veranderende houding tegenover het vrouwenkiesrecht. Die bestudeer ik aan de hand van twee maandbladen die populair waren bij vrouwen uit de middenklasse van de 20ste eeuw: het Engelse Woman at Home en het Ierse Lady of the House. Die titels weerspiegelen de kernwaarde van beide publicaties: de plaats van de vrouw was thuis, waar zij het morele epicentrum van de gezinseenheid vormde.”
“Onder meer dankzij de kiesrechtbeweging veranderden de idealen over de plaats van de vrouw in de maatschappij in de eerste jaren van de 20ste eeuw. Die zien we ook doorsijpelen van de feministische pers naar commerciëlere vrouwenbladen. Over het algemeen verwacht ik meer steun voor het kiesrecht in beide landen tussen 1897 en 1905 dan tussen 1906 en 1914. In de latere jaren gebruikten sommige suffragettes controversiële militante tactieken zoals hongerstakingen, bombardementen en brandstichting, waardoor de hele beweging voor sommigen moeilijk aanvaardbaar werd.”