Thema
Op heterdaad betrapt

Detentie: daar zit muziek in

Samen zingen, rocken of beats maken … Wat heeft samen musiceren gemeen met Paolo Freires ‘pedagogie van de bevrijding’? Alles, zegt de VUB. Muziekprogramma’s geven personen in gevangenissen een kans op meer zelfvertrouwen, diepere connecties en een veilige omgeving om hun emoties te uiten.

“Muziek verbetert ons leven, dat weten we”, zegt Silke Marynissen, doctoraatsstudent Agogische Wetenschappen binnen de onderzoeksgroep Participatie en Leren in Detentie (PALD) aan de VUB. “Het vergroot ons geluk en ons zelfvertrouwen. Het geeft ons een kans om dichter bij onze emoties te komen, of om ons creatief uit te drukken. En net dat is waarom steeds meer gevangenissen personen in detentie de kans geven om muziek te maken in participatieve muziekprogramma’s.”

“Maar waarom werken die programma’s zo goed? Wat zijn de geheime recepten en ingrediënten: de processen, de belangrijkste factoren, de theoretische onderbouwing? Die kennis ontbreekt nog grotendeels. In mijn onderzoek link ik dat vraagstuk aan de revolutionaire pedagogische principes van Paolo Freire, die sterk inzette op participatie, dialoog en zelfexpressie.”

Onderdompelen in muziek

Tijdens participatieve muziekprogramma’s nemen personen in de gevangenis zelf actief een muzikale rol op. Meestal gebeuren deze programma’s in groep: de gevangenen vormen bijvoorbeeld een koor, of volgen een hiphop- of songwriting-workshop.

Silke Marynissen: “Onderzoek heeft al aangetoond dat deelnemen aan die programma’s verschillende positieve gevolgen kan hebben voor mensen in detentie. Ten eerste leren ze beter omgaan met hun emoties. Ze schrijven bijvoorbeeld hun eigen teksten en denken na over hoe ze iets willen formuleren. Ten tweede stimuleren de programma’s hun zelfontwikkeling: de deelnemers worden zelfverzekerder en leren met elkaar communiceren op een gepaste wijze. Een belangrijk onderdeel daarvan is dat ze naar elkaar leren luisteren zonder vooroordelen.”

“Daarnaast geven de programma’s de deelnemers de kans om zich even onder te dompelen in iets anders dan het gevangenissysteem, om het ‘normale’ even terug te vinden. Dergelijke programma’s zijn namelijk erg absorberend, waardoor personen in de gevangenis even kunnen ontsnappen aan hun zorgen. Ten slotte bevorderen die programma’s de interpersoonlijke connecties, hoe de gedetineerde personen omgaan met elkaar, en ook met de muziekfacilitator en het personeel dat aanwezig is. We zien zelfs dat het omgekeerde ook waar is: het bewakend personeel krijgt een andere kant te zien van de participanten.”

Muziek maken is iets heel kwetsbaars. Denk maar aan zingen: je geeft letterlijk je stem bloot.
Silke Marynissen
VUB

Participatie in muziek

“Sommige programma’s volgen de klassieke muziekschool-aanpak. Dan kiest de muziekfacilitator bijvoorbeeld een muziekstuk uit en leren de leerlingen hoe ze dat samen kunnen spelen. Maar minstens zo vaak vertrekken de programma’s van wat de personen in detentie zelf willen: in een koor zingen, in een band spelen, teksten schrijven en die op muziek zetten… En dat brengt ons bij de pedagogie van Paulo Freire.”

De Braziliaanse onderwijswetenschapper Paulo Freire groeide zelf op in armoede, en liep daardoor al snel een leerachterstand op. “Ik begreep niets van de lessen omdat ik zoveel honger had. Ik was niet dom. Het was geen gebrek aan interesse. Mijn sociale toestand stond me geen onderwijs toe”, vertelde hij ooit. Hoewel Freire uiteindelijk rechten studeerde, koos hij er toch voor om leerkracht te worden. Een tijdlang was hij zelfs het hoofd van het Departement Onderwijs in Brazilië. Geletterdheid bleef doorheen zijn carrière zijn stokpaardje.

Mensen de ‘macht’ teruggeven om hun eigen leren vorm te geven: zo zou je de pedagogie van Paulo Freire kunnen samenvatten. De revolutionaire pedagoog wil weg van de traditionele manier van lesgeven, waarbij de leerkracht alles uitlegt en de student gewoon absorbeert. Freire pleit voor divers en emancipatorisch onderwijs, waarin dialoog, onderzoek, discussie en groepsprojecten leerlingen helpen om de wereld te transformeren. Dat principe zien we ook in heel wat participatieve muziekprogramma’s in gevangenissen.

Met zijn niet-formele educatieve onderwijsfilosofie wilde Freire analfabeten de kans geven om snel te leren lezen en schrijven, en tegelijk te ontdekken hoe onze maatschappij in elkaar zit. “Het lezen van de wereld en het lezen van de dialoog staan hierbij centraal”, aldus Freire. Om daaraan te kunnen meewerken, moesten zowel leraars als leerlingen een proces van ‘conscientization’ doorlopen: zich bewust worden van wat er verkeerd loopt. Daarvoor steunde Freire op ‘praxis’: dialoog als middel om het klassieke, passieve onderwijsstelsel in vraag te stellen.

Silke Marnyssen: “Als we de filosofie van Freire toepassen op participatieve muziekprogramma’s, betekent dat vaak dat de deelnemers zelf mee kunnen bepalen wat ze precies zullen doen, al is er natuurlijk wel een leidraad. Sommigen willen een nieuw muziekinstrument leren bespelen, anderen willen enkel luisteren en observeren. Belangrijk daarbij is vragen stellen aan de deelnemers: ‘Waarom neem je deel aan het programma?’ ‘Wat ken en kun je al van muziek maken?’ ‘Wat wil je leren?’ Het is belangrijk om te vertrekken van de kwaliteiten en capaciteiten van deze personen. De muziekfacilitator moet dan vooral een veilige omgeving creëren, een ‘emotion zone’, waar deelnemers hun meningen en emoties kunnen uiten en hun kwetsbare kant mogen tonen. We mogen niet vergeten dat muziek maken iets heel kwetsbaars is. Denk maar aan zingen: je geeft letterlijk je stem bloot en we zien vaak dat de deelnemers daarover best onzeker kunnen worden. Die kwetsbaarheid tonen is iets wat mensen in de gevangenis niet altijd durven door de machocultuur die daar vaak heerst.”
 

De gevangenis biedt mensen een kans om zich te ontplooien, ontwikkelen … We moeten hen daarvoor een divers aanbod aanreiken
Silke Marynissen
VUB

Bewustwording door muziek

“Hoe meer inspraak de deelnemers hebben, hoe meer ze bewust worden. Om het met de woorden van Paolo Freire te zeggen: we gaan op zoek naar meer actief burgerschap. Dat zie je heel duidelijk tijdens een workshop songwriting: deelnemers komen daar toe met hun eigen teksten en je merkt onmiddellijk dat er veel emotie in zit. Ze werken nummers uit over dakloosheid, over hun kinderen … De deelnemers krijgen zo de kans om hun ongenoegen te uiten, maar ook om elkaar op een andere manier te leren kennen.”

“De bewustwording gaat ook breder, zelfs maatschappelijk. Soms kunnen muziekprogramma’s gebruikt worden om het sociale debat te openen. Want iemand die veroordeeld wordt, zit vaak niet enkel in de gevangenis omwille van individuele factoren, maar ook door maatschappelijke factoren: armoede, dakloosheid, racisme … De tekst van een nummer dat zo iemand zelf aanbrengt, kan bijvoorbeeld tot een gesprek leiden. ‘Wie van jullie heeft ook al dakloosheid ervaren?’ ‘Wie van jullie heeft kinderen?’”

“Ook de geschiedenis van of de cultuur rond een bepaalde muziekstijl kan als startpunt dienen. Hiphop is bijvoorbeeld ontstaan in de jaren ’70 als een verzetsbeweging van de arme wijk The Bronx in New York. Veel mensen zien die muziek als harde taal met veel gevloek, maar de teksten zijn ook gekend als een manier om de sociale problematiek te bespreken en er bewustwording rond te creëren. In een hiphopworkshop vragen de begeleiders niet enkel ‘Naar welke artiesten luisteren jullie?’ maar ook: ‘Hoe gaan jullie met bepaalde sociale stigma’s om?’ De rol van muziek binnen de maatschappelijke problemen die er zijn, schuwen ze zeker niet.”

Sociale verandering door muziek

“Het doel van de pedagogie van Paulo Freire is maatschappelijke verandering. In de gevangeniscontext denken veel mensen daarbij onmiddellijk aan minder recidive. Ik zal niet zeggen dat muziekprogramma’s ertoe leiden dat mensen geen feiten meer zullen plegen, er speelt veel meer mee. Maar programma’s of activiteiten in gevangenissen geven personen wel een belangrijke kans om zich te ontplooien, ontwikkelen … We moeten daarvoor een divers aanbod aan activiteiten creëren dat tegemoetkomt aan de verschillende noden. Muziek kan daarbij één van de opties zijn.”

“In het Verenigd Koninkrijk is er bijvoorbeeld een programma waarbij personen in detentie vijf dagen lang intensief aan de slag gaan met muziek. Dat programma vertrekt van de vraag: 'Heeft iemand hier al een tekst, een melodie, of zelfs een heel nummer waaraan je hier wilt werken?’ Als een van de deelnemers inderdaad een stuk tekst heeft, gaan ze dat samen met die persoon componeren: ‘Hoe klinkt dat in jouw hoofd?’, ‘Welke sfeer wil je hiervoor?’ Op het einde van die vijf dagen nemen ze die muziek op en geven ze zelfs een optreden. En daar komt echt goeie muziek uit – als het zo op Spotify stond, zou ik het onmiddellijk aan mijn playlist toevoegen.”

“Datzelfde programma biedt trouwens buiten de muren een optie om verder in een band te spelen. Zo kan de muziek hen over de gevangenismuren heen dragen. Dat zorgt niet alleen voor meer continuïteit, maar helpt ook om de samenleving te tonen wat deze mensen kunnen. In Noorwegen is er het Notodden Blues Festival met een 'jailhouse stage’. Daar treden bands van lokale gevangenissen op, om zo de vaardigheden van personen in detentie zichtbaar te maken voor een breed internationaal publiek.”

“Naar mijn gevoel hebben we in België nog te weinig dergelijke mogelijkheden. In de maatschappij horen we maar heel weinig over mensen die in de gevangenis zoiets produceren. Nochtans zit bewustwording ook in de maatschappij. Het wordt vaak gezegd dat 99% van de mensen in detentie ooit weer vrijkomt. Dan kan dat je volgende buurman zijn. Heel veel mensen verdienen een tweede kans en kunnen persoonlijke groei ervaren, als ze daarvoor de juiste ondersteuning krijgen. Niet alleen binnen, maar ook buiten de gevangenis.”
 

Muziek als ‘emotion zone’

De gevangenis kan kansen bieden, maar blijft voorlopig nog een plaats waar machismo overheerst. “Jezelf beschermen betekent daar ook dat je je emoties volledig onder controle moet hebben. Angst en verdriet worden door medegedetineerden vaak nog gezien als tekenen van zwakte. Af en toe eens emoties tonen mag, maar enkel in bijzondere omstandigheden, bijvoorbeeld als je kind ernstig ziek is. Verder moet je ze wegstoppen en een masker van emotionele kalmte dragen.”

“In de ‘backstage’-omgeving van de gevangenis, bijvoorbeeld alleen in je eigen cel, gelden andere regels. We spreken daarom over de emotionele geografie van een gevangenis: de locaties waar emoties wel of net niet aanvaardbaar zijn. De bezoekersruimte vormt bijvoorbeeld een soort ‘emotion zone’, een beperkte locatie binnen de gevangenis waar emoties wel sociaal aanvaard zijn. Ook muziekprogramma’s kunnen zo’n ruimte bieden.”

“Als muziekprogramma’s succesvol willen zijn, moeten ze op diezelfde manier een ‘safe space’ creëren waar mensen zich kunnen openstellen. Ik ga onder andere na hoe belangrijk het is dat er een muziekfacilitator aanwezig is en welke aanpak deze persoon hanteert. Welke invloed heeft die op het creëren van een safe space? Daarnaast kan het creëren van een veilige omgeving ook verschillen afhankelijk van de gevangenis. In welke mate beïnvloedt de structuur van een specifieke gevangenis het muziekprogramma? Dat zijn vragen waar ik met mijn onderzoek een antwoord op wil bieden.”