Thema
Jong geleerd

Op speeddate! Met Lidia Casas en Tim Nawrot

Meer groen op school, dat is goed voor iedereen. Het biedt meer koelte en ontspanning en leidt misschien zelfs tot betere cognitieve skills. We vuurden zeven vragen af op Lidia Casas (UAntwerpen) en Tim Nawrot (UHasselt), die binnen het Europese COOLSCHOOLS-project nagaan welke impact meer groen op school op de gezondheid van de leerlingen heeft.

Kunnen scholen de wereld redden?

Lidia: “Scholen kunnen absoluut bijdragen aan een betere samenleving en aan een beter leven in onze steden. Om na te gaan hoe we daarop kunnen inzetten, werken we samen met verschillende Europese universiteiten aan het COOLSCHOOLS-ERANET-project. Dat gaat op zoek naar nature based solutions voor een stedelijke transformatie. De focus ligt daarbij op het potentieel van de schoolomgevingen: hoe kunnen we scholen inzetten als ‘klimaatshelters’?”

Wat zijn nature based solutions en waarom hebben we ze nodig?

Tim: “De impact van de klimaatverandering wordt alsmaar duidelijker. We zien bovendien steeds klaarder dat enkel technologische oplossingen niet zullen volstaan. Nature based solutions gebruiken de kracht van de natuur om maatschappelijke problemen op te lossen. Europa ondersteunt bijvoorbeeld heel wat projecten die zo de biodiversiteit willen verbeteren. In deze samenwerking onderzoeken 16 partners hoe dergelijke aanpassingen stedelijke duurzaamheid, klimaatbestendigheid, sociale rechtvaardigheid en kwaliteitsonderwijs kunnen stimuleren.”

Waar houden de andere landen zich mee bezig?

Tim: “ERANET-projecten leggen altijd de nadruk op toegepast onderzoek. We hebben allemaal ons eigen deelonderwerp dat we op het einde van de rit ook zullen samenbrengen tot een groot geheel. In Parijs gaat de aandacht bijvoorbeeld naar de impact van (groene) scholen op de stad. Barcelona onderzoekt bestuursmatige kwesties die samengaan met vergroening. Aan de VUB ligt de focus op ongelijkheden en andere sociale elementen. En wij kijken dus samen naar de gezondheidsimpact.

“De rol van urban planners zal cruciaal zijn om te zorgen voor meer groen in de stad”

Is dit jullie eerste samenwerking rond dit thema?

Lidia: “Nee, we leerden elkaar kennen toen we aan de KU Leuven samen onderzoek deden over de impact op onze gezondheid van stof binnenshuis. We analyseerden de diversiteit van het microbioom in dat stof. Hoe meer groen er in de omgeving was, hoe diverser het microbioom. In een groene omgeving was het merendeel van de microben zelfs goed voor ons. Dat betekent ook dat het immuunsysteem zich beter ontwikkelt, dat het toleranter wordt, waardoor het minder snel zal overreageren en je minder kans hebt op allergieën of inflammatie. Dat laatste zorgt er op zijn beurt voor dat je hersenen beter functioneren en je cognitieve vaardigheden beter zijn.”

Welke andere voordelen heeft meer groen?

Tim: “In een ander onderzoek ging ik na welke impact groen in de omgeving op de dichtheid van botten heeft. Daarvoor volgden we een geboortecohort van 250 moeders en kinderen bij de geboorte, na 4 jaar en na 10 jaar. We wisten bijvoorbeeld precies waar ze woonden vanaf hun geboorte, en konden zo bevestigen dat kinderen met meer groen in hun omgeving een grotere botdichtheid hebben. Lidia volgt momenteel ook een ander cohort op, met als focus de gezondheid van de luchtwegen.”

Voor jullie huidige samenwerking spitsen jullie zich toe op scholen in Brussel. Vanwaar de keuze voor die locatie?

Lidia: “Dat heeft verschillende redenen. Om te beginnen is de VUB een van de coördinatoren van het COOLSCHOOLS-project. Bovendien werkt Bloomberg Philanthropies al enkele jaren samen met de stad Brussel voor een Brussels Clean Air Partnership. We konden dus op die ervaringen verder bouwen. Anderzijds biedt Brussel ook heel wat voordelen voor ons onderzoek. Zo werden verschillende scholen al begeleid door Milieu op School (MOS) en door Bruxelles Environnement met het project Opération Ré-Création, waarbij er uitdrukkelijk werd geïnvesteerd in meer groen op school. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zie je daardoor heel wat variatie in de hoeveelheid groen, maar ook in sociale status. Zo konden we verschillende variabelen meenemen in ons onderzoek naar de impact van groen op de gezondheid.”

Hoe kan je er zeker van zijn dat dat het gevolg is van groen en niet van bijvoorbeeld socio-economische status?

Lidia: “Het zal eerder een en-en-verhaal zijn. We werken samen met de geografen van de VUB om na te gaan hoeveel groen de leerlingen in hun school- en thuisomgeving hebben. Van leerlingen met een lagere socio-economische status weten we bijvoorbeeld dat hun gezondheid gemiddeld slechter is. Bovendien hebben interventies voor de gezondheid bij hen een grotere impact. Net daarom zal groen in de schoolomgeving vermoedelijk een grotere impact hebben op deze groep.”

Voor hun onderzoek werken Lidia en Tim samen vanuit de onderzoeksgroepen Sociale Epidemiologie & Gezondheidsbeleid (SEHPO) van de UAntwerpen en Milieubiologie van de UHasselt. We mochten hen een dagje volgen aan de UHasselt. Check zeker de toffe video!

Tim en Lidia’s onderzoek in een notendop

“Groen in je omgeving is goed voor je, dat weet zowat iedereen. Maar wij willen daar een cijfer op plakken. Welke impact heeft meer groen in je (school)omgeving bijvoorbeeld op je cognitieve vaardigheden? Dat onderzoeken we binnen het COOLSCHOOLS-project”, stelt Lidia Casas (UAntwerpen). Tim Nawrot (UHasselt) vult aan: “Het gaat om een Europees ERANET-project. We werken dus samen met verschillende universiteiten in heel Europa.”

Honderden kinderen

“Voor ons project contacteerden we samen met onze doctoraatsstudenten en postdoctorale onderzoekers 22 Brusselse scholen. In totaal konden we zo 341 kinderen bevragen. Dat was al een intensief proces: om de toestemming te krijgen van alle scholen, leerkrachten, ouders en kinderen hebben we bijvoorbeeld video’s gemaakt in het Nederlands, Frans, Engels en Arabisch om ons project uit te leggen.”

“Op basis van een vragenlijst voor de leerlingen en hun ouders en een computertest die de reactietijd van de kinderen timede, verzamelden we heel wat informatie. Die zijn we nu aan het verwerken. Welk statistisch verband zien we tussen meer groen en betere cognitieve skills? En welke impact heeft de socio-economische status op dat alles? Op al die vragen proberen we een antwoord te vinden.”

Groen voorop

“Wat we nu al zien,” stelt Lidia, “is dat het belang van groen in de omgeving niet overschat kan worden. Zo is de kans op hyperactiviteit minder groot als er meer groen in de omgeving is. Dat betekent ook dat de rol van urban planners cruciaal zal zijn om ‘klimaatshelters’ in te richten. Vandaag zien we nog vaak dat mensen de stad moeten ontvluchten om meer groen op te zoeken. Het is uiteraard goed als ze dat ergens kunnen vinden, maar we moeten ook op een andere manier nadenken over de functie en de inrichting van steden. Er is dringend meer plaats nodig om te fietsen en te wandelen en minder voor auto’s.”